Kansen voor iedereen in elke markt

Voor elke ondernemer zijn er kansen. Die kansen beginnen met een goed idee.
Dit artikel gaat over Wehkamp, van oudsher een postorderaar gespecialiseerd in kleding, en over een fysieke kledingwinkel die ook maar blijft groeien.
Voor iedereen lijkt er ruimte in de markt, als je idee maar goed is.

Hup, nog een distributiecentrum erbij van 25.000 m2

Geregeld rij ik over de A28 via Zwolle naar Drenthe. Zo was ik in de tweede helft van 2018 getuige van de razendsnelle bouw van een tweede distributiecentrum van Wehkamp op industrieterrein Hessenpoort.


Snapshot op een grauwe dag vanaf de A28 ten noorden van Zwolle (2 februari 2019).

Het grootste geautomatiseerde e-commerce distributiecentrum van de wereld.

Op bovenstaande foto zie je links het ‘oude’ distributiecentrum, het wittere gebouw rechts is er in de tweede helft van 2018 aan toegevoegd (ja, slechte foto in een mistig landschap).

Op 23 september 2015 opent Koning Willem Alexander het distributiecentrum van Wehkamp in Zwolle.
Het persbericht van Wehkamp stelde: “de Nederlandse consument doet over 10 jaar de helft van alle aankopen online”.
(persfoto Wehkamp)

Bekijk hier het filmpje op YouTube: Koning opent gigantisch distributiecentrum Wehkamp. (Kennelijk hangt er nogal eens mist daar vlak boven Zwolle.)

Het ‘oude’ distributiecentrum werd in 2015 geopend. Je zou zeggen dat ze toen al rekening hadden gehouden met een groeiende vraag. Kennelijk ging de groei zo hard dat het alweer tijd werd voor nog een gigantisch dc.

Volgens logistiek.nl was Wehkamp in 2015 het grootste geautomatiseerde e-commerce distributiecentrum ter wereld.

Met de uitbreiding in 2019 is oppervlakte uitgebreid naar 60.000 m2 (6 hectare!), heeft Wehkamp 525.000 opslaglocaties en is de orderpickcapaciteit 196.000 items per dag (!).

En nog iets over duurzaamheid: op het dak liggen 10.000 zonnepanelen, waarmee 40% van de eigen energiebehoefte wordt gegenereerd. Met dit oppervlak heeft Wehkamp het grootste zonnepanelendak van Nederland.

Wehkamp was van oudsher als postorderaar al een belangrijke retailer. Met de trend online-shopping zit het tij nu ook nog eens helemaal mee.

Wat moet je nog als winkelier?

Als je zo’n enorm complex langs de snelweg tegenkomt en je hebt bijvoorbeeld een kledingwinkel die voor geen meter loopt, dan zakt de moed je natuurlijk helemaal in de schoenen. Wat moet je nog?

Als je het hoofd boven water wilt houden, dan moet je het in ieder geval anders aan gaan pakken. Een concept waar het draait om beleving en service bijvoorbeeld, of een niche in de markt waardoor ze van heinde en verre naar je toekomen.

‘Ja maar’ zul je dan waarschijnlijk denken…

Maar een kledingwinkel kan zelfs in deze tijd nog lopen als een trein. Een voorbeeld hiervan zag ik namelijk ook afgelopen jaar.

(bron MijnModewereld.nl)

Het betreft een winkel in De Wijk, een dorp in Drenthe net op de grens van Overijssel en Drenthe. Een winkel waar het hele noorden van Nederland kleding lijkt te kopen. Althans mensen die gaan voor kwaliteit en beleving.

De winkel, die al sinds 1951 in De Wijk kleding verkoopt, onderging net als Wehkamp ook in 2018 een ingrijpende verbouwing. Diverse panden werden gesloopt en opnieuw opgebouwd.

Service en kwaliteit winnen altijd

Als ik de directie van Mijn Modewereld zou vragen wat hun geheim is, dan denk ik dat ik wel weet wat ze gaan zeggen: goede kwaliteit, goede service en geregeld een actie voor vaste klanten.

Met die combinatie lijkt Mijn Modewereld het voor elkaar te krijgen dat iedereen in de noordelijke provincies dit adres aan elkaar doorvertelt. Zo lijkt het succes als een sneeuwbal door te rollen.

Zowel online als offline

Of winkels fysiek aanwezig zijn of alleen online, het lijkt er op dat vooral het concept bepalend is voor het succes. Hoe hard je ook werkt om je kassa te laten rinkelen, als het idee niet aansluit op een wens dan kun je beter eerst aandacht besteden aan je idee (dus afbakenen voor wie je welke oplossing wilt zijn).

Als spelers zoals Wehkamp vooral gaan voor een breed assortiment voor een groot publiek, zullen nieuwkomers het vooral moeten zoeken in een smal assortiment voor een meer kleiner publiek. Dus een specialistisch assortiment voor mensen met een specifieke wens.

Een voorbeeld hiervan is www.woodenmade.nl.

Een student aan de TU in Eindhoven liet zich in 2013 inspireren door een buitenlandse advertentie. Een paar weken later was hij met ca. 10 orders per dag één van dé aanbieders van houten zonnebrillen in Nederland.

 

 

 

Zo lang houten zonnebrillen hip zijn, heeft deze website aan bezoekers geen gebrek.

bron: woodenmade.nl

 

Online marketing lijkt dus te beginnen met het bepalen van je specialisme. Vervolgens profileren met een verrassend assortiment. En tenslotte je bezoekers verleiden met aantrekkelijke content (waaronder aanbiedingen) en service (zoals gemak en garantie).


impactory  •  meer bereiken met je website

Terugblik op Alvin Toffler en zijn cultboek The Third Wave

The third wave - Alvin Toffler

Over de concepteconomie en hoe we daar als ondernemer ons voordeel mee kunnen doen.

Alvin Toffler werd in de jaren zeventig wereldberoemd als futuroloog met zijn boeken FutureShock en The Third Wave. The Third Wave gaat over de ingrijpende veranderingen die begin jaren tachtig op stapel stonden aan de vooravond van het computertijdperk.

Onlangs kwam ik het boek weer tegen, The Third Wave van Alvin Toffler. Ik weet niet meer hoe ik aan het boek kwam. Waarschijnlijk een verjaardagscadeau of aangeschaft als vakantielectuur.

Met de drie golven verbeeldde Toffler mega ontwikkelingen met onomkeerbare gevolgen voor het dagelijks leven, die elkaar steeds sneller opvolgen. De derde golf stond volgens Toffler in 1980 voor de deur.

De eerste golf draaide om de agrarische revolutie zo’n zestigduizend jaar geleden. Jagers/verzamelers wisselden hun nomadenbestaan geleidelijk in voor permanente nederzettingen in de buurt van stromend water.
Hier plaatsten zij met hun clan schapen, runderen en andere dieren achter hekken en hier ontgonnen zij stukjes grond voor het kweken van gewassen, zoals bospeen, kool en bessen.

• In de industriële revolutie zag Toffler de tweede golf. Mensen verhuisden massaal van het platteland naar plaatsen waar ‘het’ gebeurde, namelijk naar steden met fabrieken en later ook met kantoren.
Met de stoommachine kwam zo’n tweehonderdvijftig jaar geleden in Europa massaproductie op gang, dus werkgelegenheid te over. Kennelijk vonden veel mensen meer welvaart met werken in een fabriek dan werken op het land.

• In 1980 waarschuwde Toffler ons voor de derde golf, de kennisrevolutie.
Inderdaad op 12 augustus 1981 lanceerde IBM de voor iedereen betaalbare personal computer en het www ging in 1991 van start.
In vrijwel huis staan computers, vaak zijn diverse apparaten aangesloten op internet en de meeste mensen kunnen hun brood niet meer verdienen zonder met internet verbonden te zijn.

Ja, we leven overduidelijk in de kenniseconomie. Of toch niet….

Oxfam novib

Op 21 januari 2019 meldde Oxfam Novib op hun website dat de 26 rijkste mensen evenveel bezitten als de armste helft van de wereldbevolking. Deze verdeling zou je verwachten in het Romeinse rijk tweeduizend jaar geleden of in de tijd van Toetanchamon nog verder terug. Maar in de eenentwintigste eeuw houd je dit toch niet voor mogelijk? Iedereen heeft immers – zoals Toffler voorspelde – aansluiting op internet, waar alle denkbare informatie beschikbaar is en waar alle aanbieders meer dan ooit vergelijkbaar zijn. Kan het nog transparanter?

Maar toch is het zo volgens Oxfam Novib, verwijzend naar The World’s Billionaires 2018 Ranking van Forbes en het Global Wealth Report 2018 van Credit Suisse.
De armste miljardair van de club van 26, nummer 26 dus, is Wang Lianjin met een bezit ca. $ 30 miljard. De rijkste, nummer 1, is Jeff Bezos, met een bezit van $ 110 miljard. Samen bezaten deze 26 mensen (eind 2018) zo’n $ 1.350 miljard. En hun vermogen groeit kennelijk zo snel dat er elk jaar minder mensen evenveel bezitten als de armste helft van de bevolking.

Ongelijkheid in de wereld

Bron NRC 21 januari 2019
‘Fantastisch jaar’ voor miljardairs, maar armsten gaan erop achteruit

 

Hoe rijk kun je worden met kennis?

Hoe kunnen sommige mensen zo snel zo rijk worden? Zelfs als je een zeer goede zakenman of zakenvrouw bent, is het vrijwel onmogelijk om met hard werken en handel in een paar jaar 30 miljard bij elkaar te sprokkelen, laat staan 110 miljard.

1e golf   agrarische economie    >   exploitatie van land

2e golf   industriële economie    >   exploitatie van machines

3e golf   kenniseconomie            >   exploitatie van markten

4e go+   concepteconomie         >   exploitatie van ideeën

Elke economie heeft z’n eigen exploitatiemodel.
In lijn met de filosofie van Toffler de drie elkaar opvolgende economieën.
Met als aanvulling de concepteconomie.

Concepteconomie

We zitten misschien wel in de kenniseconomie, maar parallel aan de kenniseconomie draait ook een concepteconomie. In die economie ontspruiten de meeste miljardairs.

 In de concepteconomie draait het om het exploiteren van concepten.

In de concepteconomie richten ondernemers zich niet langer op gaten in de markt, maar exploiteren concepten. Je maakt bijvoorbeeld eenmalig een handige online tool voor beleggers en verkoopt of verhuurt dit stramien aan een miljoen klanten. Variabele kosten per verkochte eenheid: 0. Dan gaat het hard.

 Bij het exploiteren van concepten staan de inspanningen niet meer in verhouding tot de opbrengsten.
De opbrengsten worden bepaald door het idee waarop de inspanningen gebaseerd zijn.

Bij conceptexploitatie zit zowel de aantrekkingskracht als de winst in het idee. Een goed idee op het goede moment is zo winstgevend en deelbaar dat visionaire ondernemers die alles goed doen, kennelijk miljarden kunnen verdienen.

Neem bijvoorbeeld Office van Micorsoft (Bill Gates, nummer 2 Forbes 2018 en Steve Ballmer, nummer 22 Forbes 2018), Facebook (Mark Zuckerberg, nummer 5 Forbes 2018) of Google (Larry Page, nummer 12 Forbes 2018 en Sergey Brin, nummer 13 Forbes 2018).

 In feite kondigde Toffler in 1980 niet alleen de kenniseconomie aan, maar ook de concepteconomie.

Toffler beschreef hoe iedereen met een computer en een goed idee in staat is om als ondernemer kleinschalig waarde toe te voegen vanaf huis. En hij dacht dat we dit ook allemaal zouden gaan doen.

Veel werknemers zijn, zoals Toffler voorspelde, kleinschalig gaan ondrnemen (CBS: aantal zzp-ersin 2018 is 1,1 miljoen). Maar veel zzp-ers verdienen niet wat zij zouden willen verdienen: een redelijk inkomen. De oorzaak zit meestal in het uitgangspunt van de onderneming: het concept is te onduidelijk (een beetje van dit en een beetje van dat), te onzichtbaar (presentatie) of te inwisselbaar (meer van hetzelfde).

 

Ondernemen vanuit een idee

Een gedurfde toekomstvisie waarin het individu weer centraal staat.
Alvin Toffler, De Derde Golf, Veen Uitgevers

Ondernemers met een goed concept zijn doorgaans succesvoller. Zij voegen met minder moeite meer waarde toe.

De vraag is dus: Wat is je idee en wat maakt je idee waardevol voor anderen?

Niet ondernemen met winstgevendheid als doel, maar ondernemen als way of life met winstgevendheid als gevolg.

Alvin Toffler overleed in 2016, maar zijn gedachtengoed is eigenlijk nog steeds springlevend.

 

Over The Third Wave:
“Een gedurfde toekomstvisie waarin het individu weer centraal staat. “


impactory    meer bereiken met je website

Over de Bahco en specialiseren als strategie

Over de voordelen van specialiseren

 

– Waarom we de Engelse sleutel Bahco noemen
– Wat we van Bernard August Hjorth kunnen leren
– Wat we moeten weten vóór we gaan meten

 

Van het weekend merkte ik weer even hoe handig een Bahco is. En wie aan een Bahco denkt, denkt aan de ‘sleutel met de schroef’ en andersom.

Schroefdraad werd al honderden jaren vóór de jaartelling door de Egyptenaren toegepast in wijnpersen. Maar hoe oud is de bekende zeskantige vorm van moeren en bouten eigenlijk? Geen idee.

Wel bekend is dat pas in de tweede helft van de 18e eeuw de verstelbare steeksleutel werd uitgevonden in Engeland. Ze werden daar namelijk gek van al die verschillende Engelse en Europese maten van bouten en moeren.
 De vinding staat te boek als een vinding van de Engelse ingenieur Richard Clyburn. Wie ook wel wordt genoemd als de uitvinder is Edwin Beard Budding, beter bekend als de uitvinder van de grasmaaier. Een Engelse vinding in ieder geval, vandaar de naam Engelse sleutel.

Een eeuw later kwam de Engelse sleutel ook onder de aandacht van de Zweedse uitvinder Johan Petter Johansson. Hij verbeterde het idee en vroeg hiervoor in 1891 patent aan.

De Bahco als nichemarkt

Bahco - Niche marketing

Wereldwijd waren een eeuw geleden miljoenen loodgieters, monteurs en installateurs aan het hannesen met het los- of vastdraaien van moeren en bouten. Alleen… de maatvoering van ijzerwaren was nog niet DIN-genormeerd. De verstelbare steeksleutel was dus voor veel mensen veel waard, maar Johansson was geen marketingman, maar een uitvinder…

In 1916 verkocht Johansson de rechten op de verbeterde Engelse sleutel (de ställbar skrufnyckel) aan Bernard August Hjorth en Co. Het gereedschap kreeg de merknaam Bahco. En als gevolg van het enorme succes werd het bedrijf in 1954 omgedoopt naar het paradepaardje: AB Bahco (inmiddels SNA Europe Group).

In 1998 werd de mijlpaal van honderd miljoen!!! verkochte Bahco’s behaald, ofwel door de jaren heen gemiddeld zo’n 100.000 exemplaren per maand, dus 5.000 per werkdag.

 Voordat je je website gaat optimaliseren, is het misschien goed om eerst je niche te optimaliseren.

Als Bernard August Hjorth in 1916 niet de kans had gegrepen om zich toe te leggen op de vermarkting van de Engelse sleutel, dan had niemand in de wereld ooit van ‘de Bahco’ gehoord. Hjorth was, met de kennis van nu, een pionier in niche marketing.

Maak je aanbod bijzonder
> een wezenlijke oplossing
> voor een wezenlijk probleem
> met een wezenlijke marktomvang

Zoekwoorden

Wie op online marketing zoekt, komt heel veel experts tegen die je graag helpen om beter gevonden te worden in Google. En hun oplossing is meestal SEO (search engine optimalisation) en AdWords (betaald bovenaan komen).

Zoals een timmerman overal spijkers ziet, zo gaan veel online marketing specialisten direct aan de slag met zoekwoorden.

Woorden in je website of advertentie verwerken die overeenkomen met de woorden die mensen intypen die ergens naar op zoek zijn. Een hele logische gedachte, met één nadeel: de rest van de markt wil niet achterblijven en gaat ook aan de slag met zoektermen.

 Eerst weten, dan meten, in plaats van andersom.

Er kan maar één bovenaan staan

Wie ervaren wordt als de beste, trekt de meeste klanten aan en komt dus geleidelijk bovenaan te staan in Google. Het draait dus niet alleen om zoekwoorden en gevonden worden. Het gaat er ook om dat je een wezenlijke en onderscheidende oplossing hebt.

 

Op korte termijn doen zoekwoorden hun werk. Op langere termijn komen vooral de websites bovendrijven met de beste oplossingen. Afbakening van je niche en nagaan hoe je daar minder inwisselbaar wordt, is dus naar mijn idee de eerste stap van online marketing.

 

Waarom specialiseren?
– een betere oplossing trekt meer mensen aan
– minder inwisselbaar zijn, leidt tot betere prijzen

Waarin en voor wie wil je de beste zijn

Om op termijn succes te hebben, gaat het dus om de vraag waarin je de beste wilt zijn en voor wie? De beste in een bedrijfstak, een interessegebied, een vorm van gemak… Voor een dorp, een regio, een land of mondiaal? Hoe specifieker, hoe beter. Waarin pak je een probleem of wens beter aan dan andere aanbieders? En wat maakt je daarmee waardevol?

 Profileren als dé specialist is waarschijnlijk de meest effectieve vorm van online marketing.


impactory    meer bereiken met je website